Overslaan en naar de inhoud gaan

Oostelijke ringslang Natrix natrix

Indeling

Natricidae [familie]
Natrix [genus] (2/2)
natrix [soort]

Indeling

Natricidae [familie]
Natrix [genus] (2/2)
natrix [soort]

Herkenning Slang met in de nek twee zwarte en twee geel of soms oranje vlekken (“ring”) en variabele vlektekening op de flanken. Oog met ronde pupil. Bruine of grijsbruine grondkleur. Inclusief staart tot ca. 120 cm (vrouwtjes), mannetjes tot 90 cm. Eierleggend. Volwassen vrouwtjes tot ca. 450 gram, mannetjes in de regel tot 100 gram.

Voorkomen In waterrijke gebieden, met name ten noorden van de grote rivieren. 

Biotoop Laagveen en andere waterrijke gebieden. Migreert veel op zoek naar eiafzetplekken of nieuwe fourageergebieden. Maakt volop gebruik van kunstmatige eiafzetplekken (broeihopen, mestvaalten en composthopen). Deels cultuurvolgend.

Seizoen Maart - oktober