Overslaan en naar de inhoud gaan

Putter Carduelis carduelis

Foto: Jaap Denee

Indeling

Fringillidae [familie]
Carduelis [genus] (1/1)
carduelis [soort]

Herkenning
12 cm. Mannetje en vrouwtje eender. Opvallende zwartgele vleugels, zwart-witte staart, helder rood-zwart-witte kop en bruine mantel. Juveniel met grijs-isabelkleurige kop en onderdelen, met bruine strepen en vlekken. Golvende, dansende vlucht. Veelal in troepen. Nestelt in bomen, ver vanaf de stam, soms in heggen en bosjes.

Verspreiding en voorkomen
Het verspreidingsgebied strekt zich uit van het zuiden van Scandinavië tot in Centraal-Rusland en in zuidelijke richting van Noord-Afrika tot in het noorden van India. In Australië en Nieuw-Zeeland is de soort door mensen geïntroduceerd. In Nederland talrijke broedvogel, jaarrond aanwezig, doortrekker en wintergast in groot aantal.

Biotopen
Open bosgebieden, boomgaarden, parken. Heeft voorkeur voor braakliggend land met kruidenvegetatie in de buurt.

Voedsel
Voornamelijk zaden, vooral 's zomers ook insecten.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 4-6, soms 3-7. Buikig, glad en glanzend. Zeer lichtblauw, zelden effen blauw of wit. Fijn bezet met purperen, purperachtig-zwarte, rode of roze spikkels, vlekjes en streepjes; de tekens zijn meestal fijn en beperkt tot de stompe pool, de donkere tekens schaarser dan de lichtere. Formaat 28,3 x 13,4 mm.

Geluiden
Onmiskenbaar. Roep een vloeiend 'tswit-wit-wit-wit' of 'tiedeliet', steeds weer herhaald. Zang een kanarie-achtig gekwetter, vermengd met roep.

Publicatie