Overslaan en naar de inhoud gaan

Ortolaan Emberiza hortulana

Foto: Jaap Denee

Indeling

Emberizidae [familie]
Emberiza [genus] (17/4)
hortulana [soort]

Herkenning
16,5 cm. Mannetje met ongestreepte grijzig-olijfgroene kop en borst, bleekgele keel en snorstreep en rozebruine ongestreepte onderdelen. Bovendelen bruin met zwarte streping. Vrouwtje eender maar lichter en soms met lichte streping op borst. Beide sexen hebben witte oogring, witte buitenste staartpennen en vuilwitte of olijfgroene stuit. Juveniel zonder geel, met opvallende bleke oogring, bleke kin en keel, ongestreepte rozige buik en gestreepte borst en flanken. Vrij schuw en geheimzinnig. Bijna nooit in grote aantallen, meestal alleen of in kleine groepen.

Verspreiding en voorkomen
Komt voor in Noord-, Oost- en Zuid-Europa, Belarus, Oekraïne, Zuidwest-Rusland en rond de Zwarte Zee. Overwintert in delen van West-, Centraal- en Oost-Afrika. In Nederland verdwenen broedvogel, wegtrekkend, doortrekker uiterst klein aantal.

Biotopen
Open gebieden met heggen en verspreide bomen, vaak nabij vochtige velden.

Voedsel
Zaden, maar in broedtijd voornamelijk ongewervelde dieren. Foerageert op de grond.

Eieren
Aantal eieren in legsel 4-6. Buikig. Glad en glanzend. Zeer licht blauwachtig, roze-achtig, purperachtig of grijs. Schaars maar meestal tamelijk gelijkmatig bezet met donkere spikkels, kleine vlekjes, en krabbels, en enige lichtgrijze tekens; soms een krans om de stompe pool. Formaat 20,0 x 15,7 mm.

Geluiden
Roep 'tiu' en 'tsip'. Zang een simpel 'ti ti ti tuu tuuuu', lijkt wat op geelgors.

Publicatie