Overslaan en naar de inhoud gaan

Harlekijneend Histrionicus histrionicus

Foto: Wijnand van Buuren

Indeling

Anatidae [familie]
Histrionicus [genus] (1/0)

Herkenning
38-45 cm. Een kleine, zeer donkere eend met korte snavel. Mannetje donker grijsblauw (lijkt op afstand zwart) met kastanjebruine flanken en wit gevlekt en gestreept patroon op kop, nek en borst; achterlichaam zwart met witte vlekken op zijden. Mannetje in vlucht met korte witte vleugelstreep en witte strepen op rug wen tertials; snavel grijsblauw. Vrouwtje dof zwartbruin met wit gevlekte onderborst en buik, twee witte vlekken voor het oog en witte vlek op oorstreek; snavel donker leigrijs. Juveniel als vrouwtje maar bovendelen bleker.

Verspreiding en voorkomen
Broedt in Oost-Rusland, Noordwest-Noord-Amerika, Oost-Canada, Groenland en IJsland. Trekt in de winter naar noordelijke kustgebieden van de Grote Oceaan en de Noord-Atlantische Oceaan. In Nederland een dwaalgast.

Biotopen
In zijn leefgebied bij snelstromend water en in de winter langs de kust.

Voedsel
Vangt duikend met gedeeltelijk geopende vleugels dierlijk voedsel van rotsen en stenen onder water. Voedsel 's winters bestaat uit schelpdieren, garnalen, en, in mindere mate, wormen en vis. 's Zomers insectenlarven, garnalen, waterkevers en kleine vis.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 6-8, soms 3-9. Elliptisch tot buikig. Glad, enigszins glanzend. Lichtcrème tot licht geelbruin. Formaat 58,3 x 42 mm.

Geluiden
Meestal zwijgzaam. Mannetje heeft laag, piepend gefluit, beginnend met twee aparte tonen en eindigend met aflopende triller; vrouwtje een krassend gekwaak.

Publicatie