Overslaan en naar de inhoud gaan

Knobbelzwaan Cygnus olor

Foto: Marcel van Dijk

Indeling

Anatidae [familie]
Cygnus [genus] (7/2)
olor [soort]

Herkenning
145-160 cm. Verschilt van kleine en wilde zwaan door oranje snavel met opvallende zwarte knobbel aan basis en aan sierlijke S-vormige nek. Poten zwart. Juvenielen ongelijkmatige vlekkerige bruine bovendelen, wittige onderdelen en grijzige snavel en poten.

Verspreiding en voorkomen
Standvogel in Noordwest-, Centraal- en Oost-Europa en kleine gebieden in Azië. Broedvogel in zuidelijk Scandinavië, delen van Oost-Europa, Zuidwest-Rusland en Kazachstan. Wintergast in kleine gebieden in Europa, gebieden ten zuiden van de Kaspische Zee, en rondom de Bohai Zee. In Nederland een vrij talrijke broedvogel, jaarrond aanwezig.

Biotopen
In vele soorten open zoet, niet te diep water. Heeft graag weilanden in nabijheid om te grazen. Ook wel in parken.

Voedsel
Voornamelijk waterplanten die van oppervlakte of onder water worden weggegraasd. Graast ook op weilanden.

Eieren
Aantal eieren in legsel 5-7, bij uitzondering 4-12. Buikig tot lang elliptisch. Glad, licht glanzend, en een enigszins korrelige samenstelling. Sommige nagenoeg wit, maar vaker met een licht blauwgrijze of blauwgroene tint. Formaat 115 x 74,2 mm.

Geluiden
Zwijgzaam, maakt maar sissende geluiden als nest of jongen benaderd worden. Vleugelslagen maken luid fluitend geluid, dat kan worden weergegeven als hoog 'vao vao vao'.

Publicatie