Overslaan en naar de inhoud gaan

Bosmierlieveheersbeestje Coccinella magnifica

Foto: Henk Soepenberg

Indeling

Coccinellinae [subfamilie]
Coccinella [genus] (5/5)
magnifica [soort]

Indeling

Coccinellinae [subfamilie]
Coccinella [genus] (5/5)
magnifica [soort]

Herkenning 5,5-8 mm Samen met elfstippelig, vijfstippelig en zevenstippelig lieveheersbeestje een van de rood-met-zwarte-stippen lieveheersbeestjes waarvan het halsschild zwart is met witte voorhoeken. Dekschilden rood met elk drie of vier zwarte stippen en een schildstip. In tegenstelling tot het sterk gelijkende zevenstippelig lieveheersbeestje heeft het bosmierlieveheersbeestje soms een schoudervlek (nooit zo bij zevenstippelig lieveheersbeestje). Voor een vrijwel zekere determinatie moet de onderkant worden bekeken. Het bosmierlieveheersbeestje heeft ongeveer halverwege de onderkant van het lichaam tegen de zijrand aan een wit vlekje (ongeveer ter hoogte van de aanhechting van het laatste pootpaar). Deze vlek is bij zevenstippelig lieveheersbeestje meestal afwezig (soms een kleine vlek aanwezig). Deze vlekken zijn niet zichtbaar als het dier verstoord is en de poten tegen het lichaam houdt, aangezien ze dan verborgen zijn onder de poten. Het bosmierlieveheersbeestje heeft een iets andere jizz doordat ze iets boller is en de middelste zwarte vlek iets groter is, vaak veel groter dan de daaronder gelegen vlek terwijl bij het zevenstippelig lieveheersbeestje deze vlekken ongeveer even groot zijn. Dit kan echter niet als betrouwbaar kenmerk worden gebruikt maar kan helpen bij het opsporen van verdachte zevenstippelige lieveheersbeestjes.

Voorkomen Wijd verspreid maar zeldzaam in de duinen en de binnenlandse zandgronden.

Biotoop Open bossen en bosranden in duinen en langs heidevelden. Komt alleen voor in de buurt van nesten van rode bosmieren en wordt in tegenstelling tot andere lieveheersbeestjes nauwelijks door ze aangevallen. De soort is niet van de mieren afhankelijk maar profiteert van ze doordat concurrentie door andere lieveheersbeestjes op die plekken afwezig is.

Activiteitsperiode adult Maart tot november met een piek in maart en april.

Overwintering Diverse locaties, maar altijd in de buurt van rode bosmieren.

Voedsel Bladluizen.