Overslaan en naar de inhoud gaan

Kleine zeefwesp Crabro peltarius

Foto: Susanne Kuijpers

Indeling

Crabronidae [familie]
Crabro [genus] (3/3)
peltarius [soort]

Bewoner van warme en droge zandgebieden, bij gunstige omstandigheden in grote kolonies. Vliegtijd van mei tot begin oktober. Nestelt bij voorkeur in hellende zandbodems, maar ook in droge klei en leem. Aan het eind van ca. 30 cm lange, slingerende hoofdgang worden tot zeven nestcellen aangelegd, elk bevoorraad met (afhankelijk van prooigrootte) maximaal negen vliegen van uiteenlopende families (Calli­phoridae, Dolichopodidae, Muscidae, Stratiomyidae en The­re­vidae). Vrouwtje blijft ‘s nachts en tijdens regenachtig weer in het nest, terwijl mannetje beschutting zoekt in holten in hout en bomen.

Als parasiet zijn bekend de mierwesp Myrmosa atra en nog twee uitheemse Myrmosa-soorten, evenals de dambordvliegen Sphe­capata conica,Metopia argyrocephala en M. leucocephala (Sarcophagidae). 

Bron

Auteur(s)

Lefeber, V., Klein, W.F.

Publicatie