Overslaan en naar de inhoud gaan

Japanse oester Magallana gigas

Foto: Bas van Hulst-Kuiper

Indeling

Ostreidae [familie]
Magallana [genus] (1/1)
gigas [soort]

De Japanse oester leeft vastgegroeid aan hard substraat in zout tot licht brak water en komt vooral voor vanaf het lagere litoraal tot waterdiepten van enkele tientallen meters. Aangezien het zeewater in onze Noordzee een gemiddeld zoutgehalte heeft van 35 promille en de Japanse oester alleen voorkomt in water met zoutgehalten van meer dan 10 promille (Dankers et al. 2004), blijft de verspreiding van de soort beperkt tot de zoute wateren. Wel is de soort aanwezig onder licht brakke omstandigheden, in havens en kanalen (ingang Noordzeekanaal). De dieren vestigen zich op alle mogelijke substraten, waaronder stenen, hout, andere (levende) schelpdieren als mossel, alikruiken en diverse lege, in zand of slib liggende schelpen. Zelfs op levende krabben zijn vastgegroeide oesters gevonden. Uiteindelijk ontstaan zo, met name onder aan de dijkvoet van pieren, dijken, golfbrekers en dergelijke, grote concentraties van op elkaar vastgegroeide dieren. Echter ook midden op bij vloed onderlopende zand- en wadplaten kunnen 'oesterbanken' of 'riffen' onstaan. De Japanse oester is minder afhankelijk van rustig en helder water dan de oorspronkelijke zeeuwse 'platte' oester.

Bron

Auteur(s)

Gittenberger, A., Gmelig Meyling, A.W.