Overslaan en naar de inhoud gaan

Kleine torenvalk Falco naumanni

Foto: Wijnand van Buuren

Indeling

Falconidae [familie]
Falco [genus] (11/3)
naumanni [soort]

Herkenning
29-32 cm, spanwijdte 58-72 cm. Lijkt op torenvalk maar kleiner, met rondere vleugelpunten, lichter gebouwd en mannetje helderder gekleurd. Staart iets korter; in zit reiken vleugels tot aan donkere staartband (in tegenstelling tot torenvalk). Mannetje met ongevlekte, kastanjebruine mantel, blauwgrijze kop en staart en grote blauwgrijze vlek op armpennen; zwarte eindband op staart breder dan bij torenvalk; onderdelen bleker dan bij torenvalk. Vrouwtje lijkt op vrouwtje torenvalk maar slanker en onderdelen bleker en minder gevlekt, bovendelen smaller gebandeerd, met groter contrast tussen donkere buiten- en blekere binnenvleugel. Van dichtbij is minder geprononceerde gezichtstekening (onduidelijker baardstreep en geen oogstreep achter oog) en lichte klauwen (zwart bij torenvalk). Juveniel als vrouwtje. Vlucht sierlijk met ondiepe, snelle vleugelslagen; 'bidt' minder langdurig dan torenvalk; Socialer dan torenvalk, broedt in kolonies.

Verspreiding en voorkomen
Broedt in delen van Europa en Azië, van Portugal tot noordoost-China en delen van Noord-Afrika. Trekt in de winter naar Afrika ten zuiden van de Sahara en kleine gebieden in India en Zuidoost-Azië. In Nederland een dwaalgast.

Biotopen
Komt in zijn leefgebied in het broedseizoen voor in droog, open landschap; nestelt veelal in gebouwen en ruïnes in steden en dorpen. In de winter in Afrika bij graslanden in hooggelegen gebieden.

Voedsel
Jaagt laag boven de grond vliegend, onderbroken door korte 'bidpauzes', gevolgd door duikvlucht als prooi ontdekt is. Volgt ook prooi in de lucht. Vangt voornamelijk grote insecten.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 4-5, soms 3-8. Rondachtig tot kort ellipsvormig. Glad, niet glanzend. Wit of licht geelbruin. Fijn licht geelachtig-rood gespikkeld, of soms rood of roodachtig-bruin gevlekt; meestal lichter dan de echte torenvalk-eieren. Formaat 34,8 x 28,8.

Geluiden
Als torenvalk maar schorrer en slepender; roep in vlucht een hoog, schreeuwend 'tsèh tsèh'.

Publicatie