Overslaan en naar de inhoud gaan

Merel Turdus merula

Foto: Annemieke Hoozemans

Indeling

Turdidae [familie]
Turdus [genus] (10/4)
merula [soort]

Herkenning
25 cm. Mannetje eenvoudig herkenbaar aan geheel zwarte verenkleed met gele of oranje snavel en oogring. Vrouwtje meer variabel, donker aardbruin, met lichte keel en warmbruine of rossigbruine borst en buik, onduidelijk zwart gevlekt en gestreept. Lange afgeronde staart, vleugels ronder dan van andere lijsters. Juveniel lijkt op adult vrouwtje, maar is meer oranjebruin en zwaarder gevlekt en gestreept, met, ook op de bovendelen, lichtgele vlekjes. Meestal alleen of in paren, maar soms op trek in kleine groepjes. Zingt van geëxponeerde zangpost, zoals dak, antenne of boomtop.

Verspreiding en voorkomen
Komt voor in Europa, Belarus, Oekraïne, Rusland, rond de Zwarte Zee, Midden-Oosten en Noord-Afrika. Deels trekvogel. In Nederland uiterst talrijke broedvogel, jaarrond aanwezig, doortrekker en wintergast in uiterst groot aantal.

Biotopen
Diverse habitats, zolang er voldoende dekking aanwezig is in vorm van goed bebladerde bomen en dicht struikgewas. Komt voor in open loofbos, parken, groene voorsteden, maar ook hoger in de bergen en in afgelegen gebieden. In dergelijke gebieden zijn de dichtheden lager.

Voedsel
Ongewervelden, waaronder veel regenwormen, en vruchten.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 4-5, soms 3-9. Buikig. Glad en glanzend. Lichtblauw meestal. Overvloedig bezet met spikkels en fijne vlekjes in licht roodachtig-bruin, die soms de schaal een algemene bruine tint geven, soms schaarser. Op schaars getekende eieren zijn de tekens groter en zwaarder, bij uitzondering herinneren zij aan de eieren van de beflijster. De tekens staan soms dichter op elkaar aan de stompe pool. Zo nu en dan effen, of met een witte grondkleur. Formaat 29,4 x 21,7 mm.

Geluiden
Verschillende roepen, zoals 'pink pink', 'tjsoek tsjoek', dun 'tsrie' en luide ratel. Zang gevarieerd met melodieuze fluitende tonen, niet herhalend zoals zanglijster dat doet.

Publicatie