Overslaan en naar de inhoud gaan

Kortteenleeuwerik Calandrella brachydactyla

Foto: Berry van der Hoorn

Indeling

Alaudidae [familie]
Calandrella [genus] (1/0)

Herkenning
14 cm. Kleiner en lichter gekleurd dan veldleeuwerik, zonder kuif, hoewel kruin puntige indruk kan maken. Verenkleed variabel. Relatief grote, puntige snavel, lichte en brede wenkbrauwstreep, donkere oogstreep. Donkere vlekken op borstzijden als bij kalanderleeuwerik, maar in herfst en winter moeilijk waarneembaar. Bovendelen zandkleurig bruin met donkere strepen, borstzijden vaag gestreept, onderdelen wit. Witte buitenste staartpennen. Belangrijk verschil met Kleine kortteenleeuwerik is het ontbreken van handpenprojectie, omdat de tertials de handpennen geheel bedekken. Ook heeft kortteenleeuwerik grotere snavel, ongestreepte of zwak gestreepte borst en geprononceerder koppatroon met duidelijker wenkbrauwstreep. In de broedtijd in paren, op trek en 's winters soms in enorme groepen, vaak met andere leeuweriken.

Verspreiding en voorkomen
Broedvogel in Europa en Azië, van Portugal tot in Mongolië en Iran, en delen van Noord-Afrika. Standvogel in delen van Noord-Afrika, Oezbekistan, Kirgizië en Noordwest-China. Wintergast in delen van noordelijk Afrika, het Arabisch Schiereiland en Zuid-Azië. In Nederland een dwaalgast.

Biotopen
Komt in zijn leefgebied voor op zandige en stenige terreinen. 's Winters vaak op geploegde akkers en stoppelvelden.

Voedsel
Zaden en ongewervelde dieren. Foerageert op de grond.

Eieren
Aantal eieren in legsel meestal 3-5, zelden 6. Buikig. Glad en glanzend. Verschillend gekleurd, meestal wit, geelachtig, geelbruin of olijfkleurig. Bezet met lichtbruine en grijze of roodachtig-bruine fijne spikkels of zware vlekken, vaak geconcentreerd rond de stompe pool. Formaat 19,6 x 14,6 mm.

Geluiden
Zang veldleeuwerik-achtig, maar imiteert andere vogels. Roep in vlucht lijkt op Vink: 'tsjilp' of 'tjuup', ook 'chirrup' als veldleeuwerik.

Publicatie