Overslaan en naar de inhoud gaan

Onverwacht mosdiertje Tricellaria inopinata

Indeling

Candidae [familie]
Tricellaria [genus] (2/2)
inopinata [soort]

Exotenpaspoort ?

Reële kans op vestiging? Ja
Betrouwbaarheid beoordeling Grote mate van zekerheid (meerdere bronnen)
Toelichting op beoordeling door soortexpert (Nederlands) De soort is door meerdere experts vastgesteld (De Blauwe & Faasse 2001; De Blauwe 2009; Gittenberger, 2019).
Vestigingsstatus Gevestigd
Zeldzaamheid Algemeen
Invasiviteit Potentieel invasief
Invasiviteit (toelichting) T. inopinata is waarschijnlijk afkomstig uit de Noordelijke Stille Oceaan (Noord-Amerika, ook Japan, Taiwan). De soort werd voor het eerst ontdekt in Europa door d'Hondt & Occhipinti Ambrogi in de lagune van Venetië, van waaruit deze niet-inheemse soort in 1985 werd beschreven (De Blauwe & Faasse 2001; De Blauwe 2009). De soort is vermoedelijk meegekomen met oesters of via scheepsrompen vanuit de Stille Oceaan. Vanuit Italië heeft de soort zijn verspreid via de de Middellandse zee naar de Atlantische kust van Europa. De soort heeft zich als exoot ook gevestigd langs de kusten van zuid Australië, Nieuw-Zeeland en het westelijke deel van de Stille Oceaan. Deze snelle verspreiding komt doordat de soort zich in allerlei milieus, met hoge en lage temperaturen en hoge en lage zoutgehalte, kan handhaven. De soort groeit snel en reproduceert zich aseksueel. De soort produceert ‘embryos’ (propagules) die langer dan een jaar levensvatbaar kunnen blijven.
Type introductie Niet opzettelijk
Jaar van eerste introductie 2000
Jaar van eerste melding 2001
Natuurlijke verspreiding Noordelijke Stille Oceaan
Verspreiding in Nederland
  • Friesland
  • Noord-Holland
  • Zeeland
  • Verspreiding in Nederland (toelichting) T. inopinata werd in 2000 voor het eerst in Nederland aangetroffen op twee beschutte landinwaarts gelegen plaatsen in het Goesse Meer, een meer dat via een kanaal verbonden is met de Oosterschelde (de Blauwe & Faasse 2001). Vandaar uit verspreide de soort zich snel in de Zeeuwe Delta. Aanvankelijk ging het daarbij vooral om havens, havens en binnenwateren. Tegenwoordig (2020) wordt de soort zowel binnen als buiten jachthavens aangetroffen en groeit het overvloedig op scheepsrompen, pontons, boeien, stenen, wieren zoals Sargassum muticum, Codium fragile en Ulva sp.), hydropoliepen, mosselen, zakpijpen, zoals Styela clava, Ascidiella aspersa). Naast de Oosterschelde is soort inmiddels bekend van het Grevelingenmeer, de Westerschelde en tussen 2009 en 2014 heeft soort ook de Waddenzee bereikt (Gittenberger et al 2019).
    Habitats
  • Mariene habitats
  • Estuaria en brakwatergebieden
  • Wijze van introductie
  • Aquacultuur
  • Aangroei op scheepsrompen
  • Onderling verbonden waterwegen/bassins/zeeën
  • Impact Concurrentie
    Ecologische impact (toelichting) De invasie van T. inopinata in de lagune van Venetië veroorzaakte een afname van verschillende soorten mosdiertjes, zoals Bugula stolonifera en Bugula neritina. T. inopinata werd daar al snel de dominante soort (Occhipinti-Ambrogi 2000). Het ligt voor de hand dat T. inopinata ook buitende Italiaanse wateren grote invloed kan hebben op soorten die van hardsubstraat afhankelijk zijn. Hoewel T. inopinata in Nederland nog niet zo wijd verspreid is als in de Italiaanse kustwateren, heeft de soort ook hier de potentie om een snel verspreidende soort te worden, met als belangrijkste gevolg het beconcurreren van andere soorten qua plaats en voedsel. Een van de eerste soorten die wordt weggeconcurreerd door T. inopinata is vermoedelijk Bugula stolonifera.
    Economische impact (toelichting) Tot op heden (2020) zijn er geen aanwijzingen dat de soort enige economische impact heeft.

    Publicaties