Voorkomen
Status | Oorspronkelijk. Minimaal 10 jaar achtereen voortplanting. (1a) |
Habitat | land |
Referentie | De Nederlandse zweefvliegen (Diptera: Syrphidae) |
Expert | Steenis, W. van (EIS Kenniscentrum Insecten en andere ongewervelden) |
status | Inheems (1a) |
---|---|
habitat | |
referentie | Reemer et al. 2009 |
expert | Wouter van Steenis (EIS-Nederland) |
status sinds 1982 | Nog te bepalen |
Holarctisch en oriëntaals. Van West-Europa en Noord-Afrika tot in Japan en India en in Noord-Amerika. Heel Europa, behalve in het noorden.
Algemeen in heel Nederland, maar minder in de duinen en het kustgebied. In sommige jaren zeer talrijk, in andere jaren minder, vermoedelijk als gevolg van migratie. Het is onduidelijk of deze soort in Nederland de winter overleeft of dat er elk jaar een nieuwe influx is van dieren uit Centraal- en Zuid-Europa.
Waarschijnlijk meerdere generaties. In tegenstelling tot S. selenitica zijn in maart-april weinig vrouwtjes gevonden. In Centraal- en Zuid-Europa brengen bevruchte vrouwtjes de winter door, terwijl mannetjes voor de winter sterven. De vrouwtjes verschijnen daar op zonnige winterdagen en in het vroege voorjaar. Uit de eitjes die zij leggen ontstaat een volgende generatie, waaronder de eerste mannetjes van dat jaar. In Noordwest-Europa, zoals in Nederland, lijkt overwintering door volwassen vrouwtjes eerder uitzondering dan regel (van der Goot 1986, Schneider 1947, Speight 2005).
Bron
Auteur(s)
Reemer, M.
Publicatie
- Reemer, M., Renema, W., Steenis, W. van, Zeegers, Th., Barendregt, A., Smit, J.T., Veen, M.P. van, Steenis, J. van & Leij, L.J.J.M. van der 2009. De Nederlandse zweefvliegen (Diptera: Syrphidae). Nederlandse Fauna 8: 1-442. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij, European Invertebrate Survey - Nederland.