Eristalis horticola zit vaak op bloemen en bladeren van struiken en kruiden. Het mannetje bezet vanaf een zitplaats een territorium en jaagt andere insecten weg.
Eileg is waargenomen op de oever van een vochtige greppel in een bosrand. In kweekproeven met twee legsels kwamen de eieren na 2-3 dagen uit, duurde de larvale ontwikkeling 12-13 dagen en het popstadium 9-11 dagen (Doležil 1972).
Bron
Auteur(s)
Renema, W.
Publicatie
- Reemer, M., Renema, W., Steenis, W. van, Zeegers, Th., Barendregt, A., Smit, J.T., Veen, M.P. van, Steenis, J. van & Leij, L.J.J.M. van der 2009. De Nederlandse zweefvliegen (Diptera: Syrphidae). Nederlandse Fauna 8: 1-442. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij, European Invertebrate Survey - Nederland.