Overslaan en naar de inhoud gaan

Tweestippelig lieveheersbeestje Adalia bipunctata

Foto: Wijnand van Buuren

Indeling

Coccinellinae [subfamilie]
Adalia [genus] (3/2)
bipunctata [soort]

Indeling

Coccinellinae [subfamilie]
Adalia [genus] (3/2)
bipunctata [soort]

Herkenning 3,5-5.5 mm. Dit is een zeer variabel lieveheersbeestje, wat voor veel determinatieproblemen zorgt.

De algemeenste vorm met rode dekschilden is gemakkelijk te herkennen aan de aanwezigheid van een zwarte stip op elk dekschild en de afwezigheid van een zwarte schildstip.

Exemplaren met zwarte dekschilden hebben meestal twee, vier of zes rode vlekken op de dekschilden en deze kunnen met een aantal soorten worden verward. Door hun geringe grootte (kleiner dan 5,5 mm) zijn deze te onderscheiden van grotere soorten en bij de kleinere exemplaren lopen de voorste vlekken meestal door tot de zijrand van de dekschilden. Deze exemplaren lijken vaak op het viervleklieveheersbeestje dat echter een meer ronde in plaats van ovale vorm heeft of op donkere exemplaren van het tienstippelig lieveheersbeestje. Deze laatste heeft echter vaak een deuk op de achterkant van de dekschilden en heeft rossig gekleurde poten (zwart bij het tweestippelig lieveheersbeestje). De rode vlekken zijn erg variabel, vaak zijn ook de achterpunten van dekschilden rood en zijn de vlekken groter dan gebruikelijk. Tevens komen er geheel zwarte exemplaren voor.

Voorkomen Een van de gewone lieveheersbeestjes die overal in Nederland kan worden aangetroffen.

Biotoop Te vinden op kruiden, loofbomen en minder vaak naaldbomen in een grote diversiteit van biotopen, onder andere vaak in bosranden, ruige graslanden en tuinen, minder algemeen in droge gebieden zoals heidevelden.

Periode van activiteit Het hele jaar te vinden maar het algemeenst van april tot juli.

Overwintering In huizen, achter schors, onder stenen en in strooisel.

Voedsel Bladluizen.