Overslaan en naar de inhoud gaan

Bruin lieveheersbeestje Aphidecta obliterata

Foto: Roy Kleukers

Indeling

Coccinellinae [subfamilie]
Aphidecta [genus] (1/1)
obliterata [soort]

Indeling

Coccinellinae [subfamilie]
Aphidecta [genus] (1/1)
obliterata [soort]

Herkenning 3,5-5 mm. Klein, iets langwerpig lieveheersbeestje waarvan twee zeer verschillende kleurvariaties voorkomen. Bij de algemeenste kleurvariatie is het halsschild vuilwit tot beige met een tekening in de vorm van een M en zijn de dekschilden groezelig (soms streperig) bruin met in de achterhoeken vaak een zwarte veeg of streep en vaak een donkere tekening langs de naad. Bij de andere kleurvariatie is het halsschild geheel zwart en zijn de dekschilden zwart met het voorste vijfde tot kwart bruin en achteraan elk dekschild een vaag begrensde bruine vlek. Het bruin lieveheersbeestje kan verward worden met exemplaren van het tienstippelig lieveheersbeestje met oranjebruine dekschilden zonder zwarte stippen, maar het bruin lieveheersbeestje heeft nooit een deuk op de achterkant van de dekschilden. Donkere exemplaren van het bruin lieveheersbeestje kunnen verward worden met donkere exemplaren van het hiëroglyfenlieveheersbeestje en het ongevlekt lieveheersbeestje, maar die hebben een ander patroon op het halsschild.

Voorkomen Vrij gewoon op binnenlandse zandgronden in gebieden met naaldbos. In de rest van het land zeldzaam in steden en enkele waarnemingen uit de duinstreek.

Biotoop Komt voor bij beplantingen met naaldhout, vooral in grote naaldboscomplexen maar ook in stedelijk gebied.

Activiteitsperiode adult Het gehele jaar te vinden; de meeste waarnemingen komen uit de periode maart tot oktober zonder dat er sprake is van een duidelijke piek.

Overwintering Achter schors en onder mos onder naaldbomen.

Voedsel Vooral wolluizen, daarnaast schild- en bladluizen.