Herkenning Middelgrote tot grote, zeer slanke, boktor (9-17 mm). Dekschilden zwart met donkergele tot oranje banden. Poten oranje met vaak zwarte uiteinden aan de dijen. Sprieten variabel zwart en/of roodbruin, niet geringeld. Veel slanker dan vergelijkbaar gekleurde soorten. Bovendien heeft Leptura quadrifasciata éénkleurig zwarte poten, Rutpela maculata geringelde sprieten en Leptura aurulenta goudgele beharing op de voor- en achterrand van het halsschild.
Voorkomen Vrij algemeen in Noord-Brabant, Midden-Limburg en het oosten van Gelderland en Overijssel. Daarbuiten slechts incidenteel.
Biotoop In bloemrijke bosranden, bermen en spoordijken. Bezoekt (veelal witte) bloemen.
Vliegtijd Juni-augustus.
Bron
Auteur(s)
Colijn, E.O.