Nachtactief. Voortplanting in het voorjaar en de voorzomer. Adulten gedurende het gehele jaar, in de zomer op stammen en takken, terwijl de overwintering plaatsvindt als imago, achter schors aan de voet van bomen. De larve is onbekend.
Dispersie: macropteer. In Noord-Europa zijn de vleugels volledig ontwikkeld (Lindroth 1945). Over de ontwikkeling van de vliegspieren is niets bekend, maar er zijn diverse vliegwaarnemingen, o.a. uit Drenthe: juni 1, september 1 (TVH); en uit lichtvallen in Hongarije (Kádár & Szél 1995).
Bron
Auteur(s)
Turin, H.
Publicatie
- Turin, H. 2000. De Nederlandse loopkevers, verspreiding en oecologie (Coleoptera: Carabidae). Nederlandse Fauna 3: 1-666. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden.