Overslaan en naar de inhoud gaan

Heidepriemkever Bembidion nigricorne

Indeling

Trechinae [subfamilie]
Bembidion [genus] (58/54)
nigricorne [soort]

Indeling

Trechinae [subfamilie]
Bembidion [genus] (58/54)
nigricorne [soort]

Dagactief. Voortplanting in de winter en het zeer vroege voorjaar, vanaf november-december tot in maart. Mannetjes met uitgestoken genitaliën werden in Drenthe gevonden van oktober tot april; ‘verse’ dieren van juli tot oktober (PB). Volwassen dieren kunnen gedurende het gehele jaar worden aangetroffen, in de winter soms diep onder grote, dorre, oude struikheideplanten (Calluna vulgaris), vaak samen met grote aantallen Bradycellus ruficollis, eveneens een wintervoortplanter. De larve is onbekend.

Dispersie: brachypteer? Lindroth (1949) noemde de soort dimorf, maar kende slechts één langvleugelig exemplaar. De vliegmelding is een zeer onzekere en betreft slechts een aangespoeld exemplaar dat door Horion (1941) vermeld wordt. Bangsholt (1983) noemde hem eveneens dimorf, maar vond in Denemarken geen gevleugelde exemplaren. Ook Luff (1998) noemt hem dimorf. Desender (1989a) tenslotte, vond ook in België alleen ongevleugelde exemplaren (zie ook fig. 47). Waarschijnlijk is hij dus constant brachypteer.

Bron

Auteur(s)

Turin, H.

Publicatie

  • Turin, H. 2000. De Nederlandse loopkevers, verspreiding en oecologie (Coleoptera: Carabidae). Nederlandse Fauna 3: 1-666. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden.