Nachtactief. Voortplanting in het voorjaar en wellicht ook in de herfst. Volwassen dieren zijn overwinterend aangetroffen (Marggi 1992). Hij kent niet, zoals enkele andere Abax-soorten de uitgebreide broedzorg, waarbij het vrouwtje de eieren bewaakt. De eieren worden op enige diepte (ca. 2 cm) in een klein holletje in de grond gelegd en vervolgens aan hun lot overgelaten (Brandmayr 1979). De larve is opgenomen in de tabel van Arndt (1991).

Dispersie: brachypteer met volledig gereduceerde vleugels (Desender 1989a). Geen gegevens over het uitbreidingsvermogen.

Bron

Auteur(s)

Turin, H.

Publicatie

• Turin, H. 2000. De Nederlandse loopkevers, verspreiding en oecologie (Coleoptera: Carabidae). Nederlandse Fauna 3: 1-666. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden.