Voorkomen
Status | Oorspronkelijk. Minimaal 10 jaar achtereen voortplanting. (1a) |
Habitat | land |
Referentie | Carabidae. In: Catalogus van de Nederlandse kevers (Coleoptera) |
Expert | Turin, H. |
Areaal
Europese soort. Zuidelijk tot Noord-Italië en Albanië. Van Oost-Frankrijk (Lotharingen, Jura) tot Roemenië, Bulgarije en Europees Turkije (Hieke & Wrase 1988). Areaalkarakteristiek: 2, Nederland: marginaal.
Verspreiding in Nederland
In Nederland beperkt tot het centrum en het oosten van het land. Niet op de Britse Eilanden, in Denemarken en Fennoscandië. In Midden- en Zuid-Duitsland zeldzaam (Horion 1941), op de Rode Lijst van Baden-Württemberg (Trautner 1992b). In Zwitserland alleen in het uiterste noorden, zeer plaatselijk, maar soms vrij talrijk (Marggi 1992). In België alleen in het oosten, in de Hoge Venen, direct aansluitend op het verspreidingsgebied in Zuid-Limburg, en in Luxemburg (Desender 1986). Niet in Vlaanderen.
Status: in Nederland en België duidelijk in aantal waarnemingen en vindplaatsen achteruitgegaan (Desender & Turin 1986, 1989).
Bron
Auteur(s)
Turin, H.
Publicatie
- Turin, H. 2000. De Nederlandse loopkevers, verspreiding en oecologie (Coleoptera: Carabidae). Nederlandse Fauna 3: 1-666. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden.