Voorkomen
| Status | Oorspronkelijk. Minimaal 10 jaar achtereen voortplanting. (1a) |
| Habitat | land |
| Referentie | Carabidae. In: Catalogus van de Nederlandse kevers (Coleoptera) |
| Expert | Turin, H. |
Areaal
Europese soort. Verbreid in Groot-Brittannië, Frankrijk inclusief Jura en Vogezen, West-Zwitserland en Spanje. Geïsoleerd in Noord-Nederland, Ierland, Portugal, Corsica en Zuid-Italië (Sicilië). Areaalkarakteristiek: 6, Nederland: marginaal.
Verspreiding in Nederland
Het voorkomen op het eiland Texel van deze ongevleugelde soort is weinig minder dan een biogeografische bijzonderheid. Waarschijnlijk gaat het hier om een relictpopulatie, die vroeger in verbinding moet hebben gestaan met de Britse of met de continentale populatie. Het voorkomen in Nederland werd pas in 1984 opgemerkt door de loopkeverwerkgroep Texel (zie Aukema & Baars 1986). De soort heeft een vrij grote verspreiding op het eiland (HN). In Groot-Brittannië vooral in het zuiden en het oosten, reikend tot Noordoost-Engeland (Luff 1998); op de waarschuwingslijst (Hyman 1992). Van Ierland is slechts één oude waarneming uit de omgeving van Dublin (1924) bekend (Speight et al. 1982). Niet in Fennoscandië en Denemarken. In Duitsland tot op heden niet bekend (Horion 1941, Lucht 1989, Trautner & Müller-Motzfeld 1995). In Zwitserland zeer beperkt, als postglaciale remigrant via het Rhônedal tot voorbij het meer van Genève richting Martigny-Ville (TG) en langs de Zuid-Jura tot Biel (Marggi 1992). Aldaar op de Rode Lijst. In grote delen van Frankrijk, behalve Bretagne, het noorden en noordoosten; uit de Vogezen en de Jura waarschijnlijk alleen oude meldingen van vóór 1910 (Bonadona 1971, Lucht 1989). Niet in België.
Status: geen gegevens over voor- resp. achteruitgang.
Bron
Auteur(s)
Turin, H.
Publicatie
- Turin, H. 2000. De Nederlandse loopkevers, verspreiding en oecologie (Coleoptera: Carabidae). Nederlandse Fauna 3: 1-666. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden.