Voorkomen
Status | Oorspronkelijk. Minimaal 10 jaar achtereen voortplanting. (1a) |
Habitat | land |
Referentie | Carabidae. In: Catalogus van de Nederlandse kevers (Coleoptera) |
Expert | Turin, H. |
Areaal
Circumpolair. In grote delen van Europa en Siberië, naar het oosten tot de Aleoeten. Ook in Noord-Amerika. In het zuiden veelal montaan tot subalpien, tot Noord-Spanje, de Apennijnen, Dalmatië en Zuidoost-Bulgarije. Areaalkarakteristiek: 3, Nederland: centraal.
Verspreiding in Nederland
Heel Nederland, één van de meest algemene loopkeversoorten, evenals op de Britse Eilanden (Luff 1998), in Denemarken (Bangsholt 1983), Fennoscandië tot het hoge noorden (Lindroth 1945, 1985) en Duitsland (Horion 1941). In Zwitserland vooral aan de noordzijde van de Alpen, in de Jura, het Mittelland en Graubünden (Marggi 1992). In België evenals bij ons, overal en algemeen (Desender 1986).
Status: de soort gaat in het gehele West-Europese gebied vooruit.
Bron
Auteur(s)
Turin, H.
Publicatie
- Turin, H. 2000. De Nederlandse loopkevers, verspreiding en oecologie (Coleoptera: Carabidae). Nederlandse Fauna 3: 1-666. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & European Invertebrate Survey-Nederland, Leiden.