Overslaan en naar de inhoud gaan

Cloeon dipterum

Foto: Ab H. Baas

Indeling

Baetidae [familie]
Cloeon [genus] (2/2)
dipterum [soort]

Indeling

Baetidae [familie]
Cloeon [genus] (2/2)
dipterum [soort]

Algemeen: Misschien wel de algemeenste haft van Nederland en Vlaanderen. Komt voor in stilstaande en zwakstromende wateren, van sloten tot rivieren en meren.

Vliegtijd en gedrag: vliegt van mei t/m september. Zwermt ’s ochtends, ’s avonds, ’s nachts en soms ook overdag. Kan veel op licht worden aangetroffen, alsook op ramen en in de vegetatie.

Gelijkende soorten: in alle adulte stadia goed herkenbaar aan de combinatie: geen achtervleugels, bruine vlek op de voordijen, niet meer dan zes onvertakte dwarsaders in pterostigma en altijd geringde staartdraden. Ook zijn, onder de juiste lichtomstandigheden, de horizontaal gestreepte ogen een kenmerk. Daarnaast kunnen een aantal kenmerken specifiek voor bepaalde stadia goed helpen bij de determinatie:

  • Vrouw imago: lichtbruin tot oranjebruin met donkere roodbruine vlekken op het achterlijf. Zeer kenmerkend is de oranjebruine vleugelvoorrand.
  •  
  • Man imago: achterlijf variabel, volledig donker tot bleekwit met wijnrode vlekken. Ook de muffinoogkleur is variabel, volledig geel, tweekleurig geel-bruin, oranje of roodbruin.
  •  
  • Subimago: lichtgrijze vleugels, zonder oranje of geelbruine tint (vergelijk subimago van C. simile).
  •  

Gelijkende soorten zijn C. simile en Procloeon bifidum, die ook maar twee vleugels hebben. Zie de tekst bij C. simile voor de verschillen met die soorten.