Borststuk en achterlijf met veel geel. Kop zwart, bij vrouwtje met (geel)rode delen, bij mannetje met gele delen. Borststuk zwart met gele delen. Kop en borststuk lang, lang afstaand bruingeel behaard. Achterlijf zwart met grote gele vlekken op tergiet 1-3 en gele banden op tergiet 4-5(6). Op tergiet I kunnen vlekken soms rood zijn en zelfs aaneenvloeien tot rode band. Kan in het veld verward worden met Nomada marshamella; daar alleen microscopisch van te onderscheiden (Smit 2004). Lengte vrouwtje 9-13 mm, mannetje 8-I2 mm.
Bron
Auteur(s)
Smit, J.
Publicatie
- Peeters, T.M.J., H. Nieuwenhuijsen, J. Smit, F. van der Meer, I.P. Raemakers, W.R.B. Heitmans, K. van Achterberg, M. Kwak, A.J. Loonstra, J. de Rond, M. Roos & M. Reemer 2012. De Nederlandse bijen (Hymenoptera: Apidae s.l.). Natuur van Nederland Naturalis Biodiversity Center & EIS Kenniscentrum Insecten en andere ongwervelden, Leiden. [link]