Overslaan en naar de inhoud gaan

Boshommel Bombus sylvarum

Foto: Tim Faasen

Indeling

Apinae [subfamilie]
Bombus [genus] (31/29)
sylvarum [soort]

De boshommel is bruingrijs behaard met een zwarte dwarsband tussen de vleugels en op het achterlijf. De achterlijfspunt heeft lichtrode haren. De soort lijkt sterk op de zandhommel Bombus veteranus. De boshommel bereikt in ons land de rand van haar areaal. In Nederland werd zij vroeger verspreid in het zuidoosten gevonden, De laatste melding kwam uit Grave (1954), In 1998 werd in Midden-Limburg weer een maunege gevangen, maar deze was mogelijk afkomstig van een Duitse populatie. De soort komt niet zozeer in bossen voor, zoals de Nederlandse naam suggereert, maar veleer langs bosranden. Het nest wordt onder- of bovengronds gemaakt, met volken tussen de 80 en 150 individuen. Het is een polylectische soort. Als koekoeksbij treedt waarschijnlijk de rode koekoekshommel B.rupestris op. De vliegtijd is van half april tot begin oktober, met werksters vanaf eind mei en jonge koninginnen en mannen vanaf begin augustus.

Bron

Auteur(s)

Peeters, Th.M.J., Raemakers, I.P., Smit, J.

Publicatie