De duifkruidbij deed haar naam weinig eer aan. Anders dan in het buitenland vloog de duifkruidbij bij ons vooral op blauwe knoop Succisa pratensis. Sinds de jaren zestig is deze eens vrij algemene soort uit Nederland verdwenen. Aan de herkenbaarheid heeft dit niet gelegen; het achterlijf van beide geslachten is grotendeels oranje-rood van kleur. De duifkruidbij vloog hoofdzakelijk op blauwgraslanden (Junco Molinion) en heischrale graslanden (Nardo-Galion). Mogelijk heeft te vroeg maaien haar parten gespeeld. Op enkele voormalige vliegplaatsen komt blauwe knoop nog steeds talrijk voor. Sporadisch is de duifkruidbij ook aangetroffen in droge schraalgraslanden met duifkruid Scabiosa columbaria en beemdkroon Knautia arvensis. De duifkruidbij vliegt tijdens de bloei van haar waardplanten in één generatie. Ze bezoekt uitsluitend Dipsacaceae, in ons land de reeds genoemde drie soorten. Haar koekoeksbij, Nomadaargeritata, is ook uit ons land verdwenen. Een hervestiging valt niet te verwachten. In de ons omringende landen wordt de duifkruidbij vooralsnog alleen maar zeldzamer.
Bron
Auteur(s)
Peeters, Th.M.J., Raemakers, I.P., Smit, J.
Publicatie
- Peeters T.M.J., I.P. Raemakers & J. Smit 1999. Voorlopige atlas van de Nederlandse bijen (Apidae). European Invertebrate Survey - Nederland, Leiden.