Vrouwtje direct te herkennen aan viltige, grijzige beharing over groot deel van tergieten. Ook mannetje met opvallend kenmerk: tergiet 7 is fel roodachtig gekleurd. Mannetje slank, met onderrand van clypeus en labrum lichtgeel, zoals bij veel andere soorten; antennen vrij lang en bij dode exemplaren vaak halfcirkelvormig gekromd. Beide seksen zwart, met zwakke metallische glans. Lengte 8 mm. De in Nederland voorkomende ondersoort is Lasioglossum p. haemorrhoidale. In Zuid-Engeland en zuidelijker langs de Atlantische kusten komt de nominaatvorm voor.
Bron
Auteur(s)
Meer, F. van der
Publicatie
- Peeters, T.M.J., H. Nieuwenhuijsen, J. Smit, F. van der Meer, I.P. Raemakers, W.R.B. Heitmans, K. van Achterberg, M. Kwak, A.J. Loonstra, J. de Rond, M. Roos & M. Reemer 2012. De Nederlandse bijen (Hymenoptera: Apidae s.l.). Natuur van Nederland Naturalis Biodiversity Center & EIS Kenniscentrum Insecten en andere ongwervelden, Leiden. [link]