Over eventuele biotoopvoorkeur zijn geen gegevens bekend. Vliegt van half mei tot begin augustus. Nestelt in dood hout. In Finland werd een nest gevonden in een gal van halmvliegen (Chloropidae) van het genus Lipara. Het nest is ook gevonden in weilandpalen (Haeseler 1979). Als larvenvoedsel worden de larven van snuitkevers gevangen (Schmidt & Schmid-Egger 1991). Vermoedelijk treden de goudwespen Chrysis angustula en C. gracillima (Chrysididae) als nestparasieten op (Haeseler 1979).
Bron
Auteur(s)
Lefeber, V., Peeters, Th.M.J., Smit, J.T.
Publicatie
- Peeters, T.M.J., C. van Achterberg, W.R.B. Heitmans, W.F. Klein, V. Lefeber, A.J. van Loon, A.A. Mabelis, H. Nieuwenhuijsen, M. Reemer, J. de Rond, J. Smit, H.H.W. Velthuis 2004. De wespen en mieren van Nederland (Hymenoptera: Aculeata). Nederlandse Fauna 6: 1-507. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, European Invertebrate Survey - Nederland.