Overslaan en naar de inhoud gaan

Roodzwarte schildkopspinnendoder Aporus unicolor

Foto: Petra Fleurbaaij

Indeling

Pompilidae [familie]
Aporus [genus] (1/1)
unicolor [soort]

Komt voor op losse zand- en kalkgrond met schrale begroeiing. A. unicolor wordt ook op ruderale terreinen aangetroffen (Oehlke & Wolf 1987). De soort heeft één generatie van begin juni tot eind september. Als prooi is Atypus affinis (Atypidae) bekend (Day 1988). Deze spinnensoort spint een lange, buis als nest, waarvan het onderste deel zich in een verticale gang van 50 cm in de grond bevindt. Het bovenste deel van ongeveer 8 cm ligt op de grond, vaak gecamoufleerd met bodemdeeltjes. Vanuit deze buis vangt de spin zijn prooien (Roberts 1998). Het wespenvrouwtje zoekt lopend naar het bovenste deel van de buis. Als ze dat heeft gevonden bijt ze een gat in de buis, werkt zich naar binnen, verlamt de spin tijdelijk, legt een ei en verlaat het nest. Vermoedelijk treedt de spinnendoder Evagetes siculus op als kleptoparasiet (Schmid-Egger & Wolf 1992).

Bron

Auteur(s)

Lefeber, V., Nieuwenhuijsen, H.

Publicatie