Overslaan en naar de inhoud gaan

Tachysphex nitidus

Foto: Albert de Wilde

Indeling

Crabronidae [familie]
Tachysphex [genus] (12/8)
nitidus [soort]

Karakteristiek voor stuifzanden en droge zandlichamen, maar ook in lichte eiken- en dennenbossen en warme bosranden op zandgronden. Vliegt van begin mei tot half september. Nestelt in zandgrond, nestgang vrijwel evenwijdig aan oppervlakte. Gang kan 30 cm lang zijn, maar ligt meestal niet dieper dan 3 cm. Ieder nest met één cel. Prooien zijn larven van veldsprinkhanen (Acrididae), tot 13 per cel. Een vrouwtje kan tegelijkertijd met verschillende nesten bezig zijn. Als parasiet zijn bekend de goudwespen Chrysis bicolor (Trautmann 1927), Hedychridium ardens en dambordvliegen van het genus Taxigramma (Sarcophagidae). Als mogelijke parasiet is ook Spinolia unicolor gemeld, maar dit is twijfgelachtig (Trautmann 1927). 

Bron

Auteur(s)

Lefeber, V., Klein, W.F.

Publicatie