Overslaan en naar de inhoud gaan

Bont zandoogje Pararge aegeria

Foto: Ab H. Baas

Indeling

Satyrinae [subfamilie]
Pararge [genus] (1/1)
aegeria [soort]

Voorkomen

StatusOorspronkelijk. Minimaal 10 jaar achtereen voortplanting. (1a)
Habitatland
ReferentieVeldgids dagvlinders [2e druk]
ExpertSwaay, C. van (De Vlinderstichting)

Trend

Trend gehele periode: Sterke toename
Trend laatste 10 jaar: Sterke toename

Bron: Vlinderstichting, CBS (via Netwerk Ecologische Monitoring)

 

statusInheems (1a)
habitatland
referentieWynhoff et al. 2001
expertChris van Swaay (De Vlinderstichting)
status sinds 1982Nog te bepalen

 

 

Mobiliteit, verspreiding en trend

Het bont zandoogje is een mobiele vlinder. Vrouwtjes zwerven gemiddeld meer dan mannetjes. Dit komt doordat ze bij het afzetten van de eitjes ver vliegen. Merckx et al. (2003) vonden dat het zwerfgedrag in verschillende landschappen anders plaats vindt.

Het bont zandoogje komt voor van Portugal tot Centraal-Azië en van Midden-Scandinavië tot Noord-Afrika. In Nederland is het verspreidingsgebied vanaf het begin van deze eeuw groter geworden en breidt zich nog steeds uit. Ter Haar (1928) noemt de soort 'overal op de zand- en duingronden .. niet zeldzaam'. De afgelopen eeuw is hij niet alleen op de zandgronden algemener geworden, ook de kleigebieden van bijvoorbeeld Zeeland werden gekoloniseerd. Sinds de jaren negentig breidt de soort het verspreidings-gebied verder uit. Vooral in Groningen en op de Veluwe neemt hij toe, maar ook in Utrecht, Zeeland en Flevoland. Toch is het verspreidinggebied nog steeds merkwaardig: hij ontbreekt grotendeels in Drenthe, delen van de Achterhoek en de Betuwe, Noord- en Zuid-Holland en delen van Friesland, terwijl daar wel geschikt leefgebied aanwezig lijkt. Het bont zandoogje is nu een algemene standvlinder.

Uit het Landelijk Meetnet Vlinders blijkt dat de soort een sterke toename vertoont, zowel op de routes waar de vlinder al vanaf 1992 vliegt als op de routes die later zijn gekoloniseerd. Het bont zandoogje is op dit moment de vlinder die het sterkst toeneemt in het Nederlandse landschap. (Van Swaay & Groenendijk 2005).

Bron

Auteur(s)

Wynhoff, I., Groenendijk, D., Swaay, C. van, Bosveld, M., Bos, F.

Publicatie