Leefgebied
De kommavlinder leeft in droge en schrale open graslanden, duinen en gevarieerde heide. Er is een lage vegetatie met polletjes gras aanwezig en hier en daar kale grond. Als de vlinders in deze schrale omgeving onvoldoende nectar kunnen vinden dient er op enige afstand een vegetatie met nectarrijke kruiden aanwezig te zijn, zoals kruiskruiden, distels, koninginnenkruid en watermunt.
Bron
Auteur(s)
Swaay, C. van, Wynhoff, I., Groenendijk, D., Bos, F., Bosveld, M.
Publicatie
- Bos, F., M. Bosveld, D. Groenendijk, C. van Swaay & I. Wynhoff 2006. De dagvlinders van Nederland, verspreiding en bescherming. Nederlandse Fauna 7. De Vlinderstichting, Wageningen en Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, European Invertebrate Survey, Nederland.