Overslaan en naar de inhoud gaan

Kommavlinder Hesperia comma

Foto: Wijnand van Buuren

Indeling

Hesperiinae [subfamilie]
Hesperia [genus] (1/1)
comma [soort]

Levenscyclus en gedrag

De waardplant van de kommavlinder zijn kleine polletjes van schapengras, al zijn er ook meldingen van andere zwenk-grassen, buntgras en struisgras. Als het vrouwtje op zoek is naar een plaats om de eitjes af te zetten, vliegt zij laag boven de grond. Een geschikt polletje groeit vaak aan de rand van een stukje open zand op een warme en luwe plek. Het vrouwtje is zeer selectief en betast de waardplant met de voorpoten en de voelsprieten. De grote witte eitjes worden afzonderlijk afgezet, bij voorkeur aan de basis van een kleine jonge plant, waar ze ook overwinteren. (Martens 1986, Thomas et al. 1986, Warren & Thomas 1993).

Omstreeks maart komen de eitjes uit. De rupsen spinnen een tentvormige koker van enkele grassprieten waarin ze soms met meerdere rupsen samenleven. Doordat de rups de bladeren bijeenspint - en geen blad samenvouwt zoals andere dikkopjes dat doen - kan hij op smalbladige grassen leven. De rups verpopt zich in een vrij losse cocon op de bodem.

De eerste vlinders vliegen eind juli. De dichtheid op de vliegplaatsen kan vrij hoog zijn, zo'n 12 tot 16 vlinders per ha. Kommavlinders drinken geregeld nectar en zijn in de duinen te zien op onder andere akkerdistel, gele composieten, slangenkruid, watermunt of koninginnenkruid, in het binnenland meest op struikhei en kruiskruid. Het mannetje verdedigt een territorium. Vanaf een hoger punt in de vegetatie onderzoekt hij alle vlinders die zijn territorium binnen-vliegen. Is het een vrouwtje, dan volgt een korte balts met snelle vluchten. De vlinders paren zittend op de grond. (Tax 1989, Veling 1995d, Maes & Van Dyck 1999, Van Swaay 2003).

Vliegtijd en overwintering

De kommavlinder vliegt in één generatie tussen 21 juli en 25 augustus. De uiterste vliegdata zijn 3 juni en 5 oktober, en er is nog een waarneming van 5 november die niet waarschijnlijk wordt geacht. Hij overwintert als ei.

Bron

Auteur(s)

Wynhoff, I., Groenendijk, D., Swaay, C. van, Bosveld, M., Bos, F.

Publicatie