Overslaan en naar de inhoud gaan

Vuurlibel Crocothemis erythraea

Foto: Albert de Wilde

Indeling

Libellulidae [familie]
Crocothemis [genus] (1/1)
erythraea [soort]

Voorkomen

StatusOorspronkelijk. Minimaal 10 jaar achtereen voortplanting. (1a)
Habitatland zoet
ReferentieBasisrapport Rode Lijst Libellen 2011 volgens Nederlandse en IUCN-criteria
ExpertKalkman, V.J. (EIS Kenniscentrum Insecten en andere ongewervelden)

 

Areaal

De vuurlibel komt voor in grote delen van Afrika, in Europa rond de Middellandse Zee en oostwaarts via het Midden-Oosten tot in Nepal. In mediterraan Europa is hij algemeen. In Groot-Brittannië is hij slechts enkele malen aangetroffen. In Noord-Frankrijk, België en in Duitsland breidt hij zich sinds circa 1980 sterk uit. In Duitsland is de soort nu ingeburgerd in het gebied van de Ober-Rhein (Bellmann 1987, Ott 1988). In België heeft de soort zich met name in de periode 1990-1997 sterk uitgebreid en was hij in 1996 en 1997 zelfs vrij algemeen, vooral in het zuidoosten en westen van het land. In Luxemburg wordt hij op drie locaties regelmatig gezien.

Verspreiding in Nederland

Het eerste Nederlandse individu, een vrouwtje, werd op 1 juli 1959 gevangen in de duinen bij Bakkum. Op 24 juli 1967 werd een vrouwtje aangetroffen in De Bilt, op 30 juni 1968 een individu te Elsloo. Deze waarnemingen betreffen waarschijnlijk zwervers (Kiauta 1968b). Na 1968 werd C.ery-thraea pas in 1993 weer opgemerkt. Deze keer betrof het een kleine populatie in Zeeuws-Vlaanderen op de Belgische grens. In 1995 is het voortplantingswater vergraven en verdween de populatie (Calle 1998). In de jaren ‘90 werden regelmatig waarnemingen gedaan op Walcheren en in Zeeuws-Vlaanderen, en zijn ook elders in de zuidelijke Delta incidenteel individuen gezien.

In 1995 is de soort op vier locaties in Zuid-Limburg waargenomen. De populatie in Weustenrade is waarschijnlijk verdwenen na het droogvallen van het water in de extreem droge zomer van 1996. De populatie in De Doort doet het goed: in 1997 zijn hier tientallen vuurlibellen gezien, waarvan elf verse dieren op één dag. In 1999 leefden nog krachtige populaties in De Doort en de Encigroeve. In 2000 werd een nieuwe voortplantingslocatie gevonden ten noorden van Roggel in Midden-Limburg (pers. med. J. Slaats).

In de jaren ’90 zijn verspreid door het land enkele individuen gezien – vooral in het zuiden, maar in 1997 bij Katwijk, in 1998 en 2000 bij Rhenen en in 2000 zelfs in het Noord-Hollandse Scharwoude.

Bron

Auteur(s)

Verbeek, P.

Publicatie