In Nederland komt S. grossum voor in verschillende vochtige biotopen. Het betreft vochtige heidevelden, oevers van allerlei plasjes, beekbegeleidende hooilanden, blauwgraslanden en andere halfnatuurlijke graslanden, meestal met een opgaande vegetatie. In de uiterwaarden werd de soort in ruige vegetaties, vaak met pijpestrootje (Molinia caerulea), gevonden. De graslanden waarin S. grossum in West-Europa voorkomt komen overeen in een hoge bodemvochtigheid in het winterhalfjaar, maar verschillen vrij sterk in voedselrijkdom (DECLEER 1990C)
Bron
Auteur(s)
Wingerden, W.K.R.E. van, Willemse, L.P.M., Kleukers, R.M.J.C., Nieukerken, E.J. van, Odé, B.
Publicatie
- Kleukers, R.M.J.C., E.J. van Nieukerken, B. Odé, L.P.M. Willemse & W.K.R.E. van Wingerden 1997. De sprinkhanen en krekels van Nederland (Orthoptera). Nederlandse Fauna 1: 1-415. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij, uropean Invertebrate Survey - Nederland.