Herkenning
De moerassprinkhaan is een grote, opvallende veldsprinkhaan, met zwakgebogen tot vrijwel rechte zijkielen op het halsschild. De voor- en achtervleugel reiken voorbij de achterknie, bij het vrouwtje soms tot aan de achterknie. De dieren hebben meestal een overwegend groen-gele kleur. Soms komen paarse individuen voor, volgens Marshall & Haes (1988) alleen bij vrouwtjes. De achterpoot is opvallend gekleurd met geel-groene dij en heldergele, met zwarte doorns bezette scheen. De onderzijde van de achterdijen is rood en de achterknie zwart gekleurd. Aan de onderzijde van de voor vleugel bevindt zich bij beide seksen een dikke, witte streep.
Maten in mm
- Mannetje 16,0-25,0
- Vrouwtje 28,0-35,0
- Voorvleugel mannetje 17,0-26,0
- Voorvleugel vrouwtje 19,0-27,0
- Stridulatietandjes: afwezig
Gelijkende soorten
S. grossum is door de combinatie van grootte (20-35 mm), in zijaanzicht rechthoekige kop en opvallende kleur niet met andere Nederlandse sprinkhanen te verwarren.
Bron
Auteur(s)
Wingerden, W.K.R.E. van, Willemse, L.P.M., Odé, B., Nieukerken, E.J. van, Kleukers, R.M.J.C.
Publicatie
- Kleukers, R.M.J.C., E.J. van Nieukerken, B. Odé, L.P.M. Willemse & W.K.R.E. van Wingerden 1997. De sprinkhanen en krekels van Nederland (Orthoptera). Nederlandse Fauna 1: 1-415. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij, uropean Invertebrate Survey - Nederland.