O. caerulescens is vanwege het ontbreken van goed hoorbaar geluid vrij moeilijk te inventariseren, vooral bij lage populatiedichtheden. De soort kan dan makkelijk over het hoofd gezien worden omdat de dieren niet altijd geneigd zijn om op te vliegen. De beste methode is het langzaam door open, droog terrein (duinen, droge heide, stuifzand) lopen en trachten de dieren op te jagen. Deze zijn dan eenvoudig te herkennen aan de blauwe achtervleugels. Doordat ze zo makkelijk te herkennen zijn kan ook informatie verkregen worden door navraag bij terreinbeheerders of wandelaars.
In mei en juni kan al naar de goed herkenbare nymfen gezocht worden
Bron
Auteur(s)
Wingerden, W.K.R.E. van, Willemse, L.P.M., Odé, B., Kleukers, R.M.J.C., Nieukerken, E.J. van
Publicatie
- Kleukers, R.M.J.C., E.J. van Nieukerken, B. Odé, L.P.M. Willemse & W.K.R.E. van Wingerden 1997. De sprinkhanen en krekels van Nederland (Orthoptera). Nederlandse Fauna 1: 1-415. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij, uropean Invertebrate Survey - Nederland.