De volwassen kevers zijn 6-13 mm lang en eenvoudig te onderscheiden van andere Nederlandse boktorren. Callidiellum rufipenne behoort tot de "groep K: echte boktorren zonder zijdoorn" (Zeegers & Heijerman, 2008) met breed, afgerond halsschild. Het vrouwtje is zwart met roodbruine dekschilden, het mannetje heeft donkerdere roodbruine dekschilden die in het midden meestal verdonkerd zijn. Het donkere metallic donkerblauw tot zwarte deel is vaak zo uitgebreid dat alleen de schouders roodbruin zijn (zie foto's). De sprieten van het mannetje zijn langer dan het lichaam, die van het vrouwtje bereiken het uiteinde van het achterlijf niet. In beide geslachten zijn de dekschilden grof gepuncteerd en de dijen verdikt.
De larven worden ongeveer 20 mm lang en hebben de typische boktorvorm met brede prothorax en kop met stevige zwarte kaken. Ze zijn crème tot geel.
Gelijkende soorten
Er zijn geen Nederlandse soorten die op Callidiellum rufipenne lijken. Het determineren van de larven is specialistenwerk.
Bron
Auteur(s)
Colijn, E.O.